Een staaltje #durftevragen

Ik zit op de passagiersstoel van een auto, op weg naar mijn neuro-visuele revalidatietraining. Naast me aan het stuur zit een leeftijdsgenote die ik pas net ontmoet heb. We hebben tien minuten gekletst. Het klikte. En nu zwijgen we op mijn verzoek de rest van de rit. Om mijn energie te sparen voor de zware inspanning die zo komen gaat. Op de terugweg zullen we de hele weg geen woorden wisselen. Dan is mijn brein groggy van overbelasting.

Kleine ramp
Ik ben dolblij met haar. Het leek erop dat ik, toen ik mijn relatie beёindigde, mijn revalidatie moest pauzeren, omdat de WMO aanvraag voor vervoer tegenwind ondervond. Zo’n pauze zou me doen terugvallen, na een hels half jaar van opbouwen. Een kleine ramp. Zelf heb ik geen rijbewijs en met het OV gaan is te zwaar. Ik wilde mijn ex-partner hier, na twaalf jaar intensieve ondersteuning, niet meer mee belasten. En ik had geen andere opties (en achteraf gezien enorme schroom om de weinige mensen die ik wel 'ken', te vragen). Wat voel je je dan afgeschreven, als je zo klem loopt op zulk fundamenteel niveau. Was er nog wel plek voor mij in deze wereld?

Oproepje
Maar ik moest en zou naar die training, die mijn laatste hoop was op iets van herstel. En dus plaatste ik een #durftevragen oproep in de lokale Weggeefhoek op Facebook. Hiervoor moest ik een flinke drempel over. Maar wat moet, dat moet. Het scheelde dat op deze manier mensen geen nee hoefden te zeggen, alleen maar ja. En als tegenprestatie bood ik aan te koken. Binnen een kwartier had ik twee aanbiedingen om me te rijden. En er volgden nog veel meer lieve reacties. Mijn angstige gevoel van afhankelijkheid, isolement en beperking, sloeg om in gedragenheid, veiligheid en meetellen. Wat was dat bijzonder! Later volgden kracht en zelfvertrouwen.

Lastig zijn mag
Toen de WMO indicatie vervolgens helemaal mislukte, werd het een ander verhaal. Mensen vragen om structureel te helpen, is iets heel anders dan voor een keertje. Maar wat moet, dat moet. Ik benaderde met lood in mijn schoenen een kennis. Ze zei: “ja, dat wil ik graag voor je doen.” Wauw! Weer groeide mijn vertrouwen in mensen. Ik mag kwetsbaar zijn. En ik mag ‘lastig’ zijn. Het is niet eens lastig, want mensen vinden het fijn. Helpen geeft een ontzettend goed gevoel en je geeft ze die kans. Vragen en aannemen, zijn tegelijk ook geven. Mits je het helemaal doet vanuit je eigen integriteit en heel duidelijk en eerlijk bent naar jezelf en de ander.

Gelijkwaardig
Intussen vond de eerste rit plaats, waar ik dit stukje mee begon. Wat was het hartverwarmend om, zo helemaal oprecht aangepast aan mijn noden, gereden te worden naar dat wat zo ontzettend belangrijk voor me was. Ik voelde me zo gekoesterd en kon dat helemaal ontvangen. Een tikje onwennig, maar zonder schuldgevoel. En het zwijgen, wat best bezwaard voelde om te vragen, was voor geen van ons beiden een probleem. In tegendeel. Het was gewoon fijn.

Toen ik na afloop het aanbod kreeg om dit vaker te doen, was ik zo ontroerd en een beetje ontdaan van zoveel liefdaad. En ik kon het wederom aannemen. Het voelde kloppend. Natuurlijk hielp het dat ik voor haar gezin kookte. Met liefdadigheid aannemen is absoluut niets mis. Maar deze uitwisseling van iets wat ieder graag kan geven, voelt zo gelijkwaardig. En zo in mijn kracht. Dat is goud waard.

Neerwaartse kracht van hulpbehoevendheid
Want als iets me is opgevallen, dan is het wel de enorme neerwaartse kracht die uitgaat van afhankelijkheid en hulpbehoevendheid. Als je niet heel stevig in je schoenen staat, je eigenwaarde en zelfvertrouwen goed op peil hebt, en vaardigheden als assertiviteit en creativiteit hebt, blijft er in razendsnel tempo niets heel van dat zelfvertrouwen en die eigenwaarde. Noch van je vertrouwen in de wereld om je heen. Dat viel me heel erg op. Ondanks dat ik er niet in gezogen ben, was het zo dichtbij de rand wel heel voelbaar.

Blije gezichten
Gelukkig werd het nu uiteindelijk, na weliswaar een hoop hoofdpijn en stress, een mooie en verbindende ervaring met letterlijk allemaal blije gezichten, getuige de foto die ik kreeg opgestuurd van het gezin aan mijn dis. De opwaartse kracht is net zo sterk als de neerwaartse. Het is aan jezelf welke beweging je opstart. Al is het maar door hulp te vragen, als je niet weet hoe je dat moet doen.

Achtervang
Uiteindelijk kwam met veel passen en meten, en een dosis assertiviteit, de WMO indicatie toch van de grond. Dat was ook nodig, want wekelijks vrijwilligers inplannen vergt te veel. Geen achtervang hebben geeft te veel stress. Ik kan soms opeens veel, zoals je ziet, maar dat is wel op adrenaline, en dat moet niet structureel worden. 

Ik ben de gemeente dus heel dankbaar voor haar flexibiliteit en toewijding aan mijn oplossing, want de combinatie van mijn situatie en de regels is geen gemakkelijke. We doen het nu fifty-fifty. En dat voelt helemaal goed. Want ik zou de ritjes met mijn taxi chauffeuses niet meer willen missen. En voor mijn fameuze kipsalon komen inmiddels al verzoeknummertjes.

Vervolgartikel: Om je heen gaan staan